-Voor de Nederlandse versie, scroll naar onder –
As the summer sun fades, I find myself reflecting on the deep conversations shared around the campfire, the wordless contemplation of the flames, and the spontaneous music-making that fostered a profound sense of freedom and connection with nature and with those I cherish most. In these moments, we discovered space for perspective, introspection, and the realization that life is far more than diapers, deadlines, and checkout lines. With the lingering scent of smoldering embers still in my memory, I’m slowly preparing for the darker days ahead. Yet even in winter, the twinkle of lights on the tree, the glow of tea candles, and the warmth of New Year’s fires will continue to kindle human connection.
Fire has brought humanity light, warmth, and protection for the past 1 to 2 million years, helping us transcend the mundane realities of daily life. Around the time we mastered fire, men lost their penis bones—an interesting detail, though I’ll focus on our achievements rather than our losses.
The mastery of fire marked a turning point in human evolution. Glowing embers were carried as we migrated, allowing a new hearth to be quickly established wherever we settled. Cooking made food easier to digest, letting vital calories slide smoothly over our tongues—a crucial advantage at the time. Over generations, our teeth and stomachs shrank, our bodies grew taller, and our brains expanded, demanding ever more energy. Fire also extended our days beyond sunset, creating time for other pursuits.
So, what did our ancestors do once they laid down their bows and arrows and gathered around their crackling fires? Archaeological research reveals that fires served different purposes: some were for cooking or tool-making, while others were central to evening gatherings. The thoughtful placement of some hearths even allowed flickering flames to cast shadows that brought the animals depicted on cave walls to life.
Research among the Ju/’hoan hunter-gatherers in Southern Africa offers insights into what our ancient ancestors might have discussed. The conversations of modern hunter-gatherers differ drastically between day and night. By day, talk revolves around practical matters and trivial gossip, but by firelight, the conversation shifts to imaginative realms, releasing the tensions of the day. Memories are shared, and social bonds are examined—all within a cultural context of dance, song, and religious ceremonies that unite people.
This connection with one another is vital. As the foundation of trust, it facilitates cooperation—the cornerstone of human civilization. What unites people are the shared stories, customs, experiences, moments, attention, emotions, and sensations. When we’re on the same wavelength, we understand each other better and can anticipate each other’s actions. Like many other animals, we are constantly trying to predict the world around us. And because we are inherently social beings, our world is largely made up of other people and their behavior. In recent years, social neuroscience has gained significant momentum, particularly in studies on the mirroring of emotional expressions, and physiological and neural synchronization, which underscore the power of human connection.
This unconscious synchronization is truly fascinating. In our research, we’ve shown that pupil-size synchronization between people fosters trust, and that the alignment of heart rate and sweat responses increases the likelihood of successful collaboration—or even a successful blind date. With new technologies becoming more user-friendly, affordable, and precise, we can now measure the brain activity of two or more people simultaneously. This so-called “hyperscanning” research has revealed various links between brain coupling and how well interaction partners connect. There’s no telepathy at work—rather, the shared experiences and emotional expressions during social interactions help our bodies and brains align.
Whether around a campfire in a cave dwelling or at a rare barbecue in the park, people can let the stresses of the day melt away. The calming power of fire creates a space for true connection. But there’s more: Fire engages nearly all our senses—the rhythmic flicker of flames reflected in the eyes of others, casting shadows across their faces; the scent of burning wood; the smoke that pricks the eyes and nose; the warmth and soothing crackle. All these stimuli bring us into sync, creating a shared experience that naturally invites meaningful conversation.
As we prepare for the colder, darker months, let’s not forget the enduring power of fire—not just as a source of warmth, but as a catalyst for connection, something we need now more than ever. Fire has been with us since the dawn of humanity, lighting our way, warming our bodies, and, perhaps most importantly, drawing us closer together.
***
De diepgaande gesprekken bij het kampvuur, het woordeloze staren in de vlammen, en het samen muziek maken zorgden voor een zomergevoel van vrijheid, ruimte voor relativering, reflectie, en het besef dat het leven uit meer bestaat dan poepluiers, protocollen en de rij voor de kassa. Ik hoop dat jullie allemaal een heerlijke zomer hebben gehad. Met de geur van smeulende kooltjes nog in mijn neus bereid ik mezelf langzaam voor op de donkere dagen. Ook dan scheppen de lampjes in de boom, waxinelichtjes en nieuwjaarsvuren gezelligheid en verbinding. Sinds 1-2 miljoen jaar brengt vuur de mens licht, warmte en bescherming en helpt het ons om boven onze dagelijkse realiteit uit te stijgen. Rond die tijd verloor de mensenman zijn penisbotje, maar daarover een andere keer meer.
De beheersing van vuur was een winst en mijlpaal in de evolutie van de mens. Een gloeiend kooltje werd meegenomen als we ons verplaatsen en een nieuwe haard was in een mum van tijd aangelegd. Eenmaal gekookt was voedsel makkelijker verteerbaar en gleden de calorieën over onze tong. Ooit was dat fijn. We kregen kleinere tanden en magen, langere lichamen en onze hersenpan groeide en slurpte steeds meer energie op. Vuur fungeerde ook als baken en maakte dat de dag verlengde tot na het ondergaan van de zon zodat er tijd vrij kwam voor andere dingen. Wat deden onze oer-ouders zodra ze hun pijl en boog hadden neergelegd en samen gaarden bij hun knapperende kampvuurtjes? Uit archeologisch onderzoek blijkt dat het ene vuurtje het andere niet was. Boven sommige werd gekookt of gereedschap bewerkt, andere vuurtjes waren er om zich ’s avonds rond te scharen. Soms werd de positie van de haarden zo gekozen dat de flakkerende vlammen een schaduwspel veroorzaakte dat de in grotten afgebeelde dieren tot leven leek te wekken.
Onderzoek bij de Ju/’hoan jager-verzamelaars in Zuidelijk Afrika doet vermoeden waar oermensen het over gehad zouden kunnen hebben. De gesprekken van de moderne jagers en verzamelaars overdag en ’s nachts verschillen als de dag en de nacht zelf. De dagelijkse conversatie gaat over praktische zaken en oppervlakkige roddels. De gesprekken gevoerd bij vuurlicht prikkelen de verbeelding en zorgen ervoor dat de spanningen van overdag wegvloeien. Herinneringen aan anderen worden opgehaald en sociale verhoudingen geanalyseerd. Dit alles gebeurd binnen een sociaal culturele context van dans, zang en religieuze ceremonies die mensen verbindt.
Die verbinding met elkaar is belangrijk. Als basis van vertrouwen faciliteert het samenwerking, de kern van de menselijke beschaving. Wat mensen verbindt zijn dingen die we met elkaar delen zoals verhalen, gebruiken, ervaringen, momenten, aandacht en emoties. Als we op dezelfde golflengte zitten begrijpen we elkaar beter en kunnen we anticiperen op wat de ander gaat doen. Eigenlijk zijn we net als veel andere dieren bewust en onbewust voortdurend bezig de wereld om ons heen te voorspellen en omdat we nu eenmaal sociale dieren zijn bestaat die wereld uit anderen en hun gedrag. Het afgelopen decennia is de sociale neurowetenschap in een stroomversnelling geraakt en met name de studies over het spiegelen van uitingen van emotie, de synchronisatie op fysiologisch en neuraal niveau onderstrepen de kracht van de verbinding.
Die synchronisatie op volledig onbewust niveau fascineert me. In ons onderzoek hebben we laten zien dat de synchronisatie van pupilgrootte tussen mensen samenhangt met vertrouwen en dat het gelijklopen van hartslag en zweet-responsen de kans groter maakt dat een samenwerking of zelfs een blind date slaagt. Met nieuwe technieken die steeds gebruiksvriendelijker, goedkoper en nauwkeuriger worden, kunnen we de hersenactiviteit van twee of meer mensen tegelijkertijd meten. Dit zogenoemde ‘hyperscanning’ onderzoek heeft diverse verbanden aangetoond tussen de koppeling van breinen en hoe goed de interactiepartners met elkaar overweg kunnen. Van telepathie is geen sprake: in een sociale interactie wordt er zoals ik hiervoor al schreef van alles met elkaar gedeeld, wat ervoor zorgt dat onze hersenactiviteit in meer of mindere mate overlapt. Tijdens interactie in het dagelijks leven gebeurt er ontzettend veel tegelijkertijd waardoor het soms lastig is om de verschillende factoren die van invloed zijn op de kwaliteit van die interactie uit elkaar te trekken. Mijn promovendus Evania Fasya gebruikt virtual reality om er grip op te krijgen. In haar onderzoek luisteren proefpersonen naar verhalen verteld door virtuele personen die soms emoties uiten. Onbewust spiegelen proefpersonen deze uitingen en zorgt dat spiegelgedrag ervoor dat ze de avatar beter zien zitten. In een ingenieus vervolg-experiment liet ze de avatar de proefpersoon realtime spiegelen. Ze mat de pupilgrootte van proefpersonen en zodra deze vergrootte, bijvoorbeeld als reactie op iets wat de avatar zei, dan liet ze de pupillen van de avatar ofwel meegaan met die van de proefpersonen, of juist niet. Proefpersonen hadden het niet door dat hun eigen pupillen die van de avatar aanstuurden. Als ze de avatar aankeken en diens pupilgrootte was in lijn met die van henzelf, dan werd de avatar positiever beoordeeld.
Bij de vuurplaats in hun grotwoning of barbecue in het Vondelpark kunnen mensen de perikelen van de dag van zich af laten glijden. De kalmerende kracht van vuur biedt ruimte voor aandacht voor elkaar. Maar er is meer. Vuur prikkelt bijna al onze zintuigen: de ritmisch flikkerende vlammen, die weerspiegeld worden in de ogen van de ander en schaduwen werpen over diens gezicht, de geur van verbrand hout, de rook die de ogen en neus prikkelt, de warmte en het rustgevend geluid. Al deze prikkels brengen mensen op dezelfde golflengte en zorgen voor een gedeelde ervaring die uitnodigt tot een goed gesprek.